Er zijn verschillende soorten warmtepompen. In woningen en kantoren worden meestal de elektrisch aangedreven warmtepompen toegepast. Een warmtepomp bestaat uit een compressor, een condensor, een verdamper en een expansieventiel. Aan de bron (lucht, water of aarde) wordt warmte onttrokken, die via het warmtepompsysteem (compressor, verdamper, condensor) aan het warmtesysteem (de verwarming) wordt afgegeven. De compressor is het enige energiegebruikende deel van de warmtepomp. Het rendement van de warmtepomp wordt berekend door zijn verwarmingscapaciteit te delen door het opgenomen vermogen van de compressor. Dit wordt aangegeven door de COP (Coëfficiënt Of Performance).
De warmtepompen van Western zijn dusdanig goed ontworpen dat zij een COP halen van 4 tot 6. Ter vergelijking met een CV-ketel (rendement <100%) behaalt een Western warmtepomp een rendement tot zo’n 250% (gas en elektra gelijkwaardig gesteld). De COP dient conform een officiële norm (EN14511) getest en opgegeven te worden.